In vergelijking met twee jaar geleden heeft een horeca-uitbater gemiddeld bijna één extra medewerker in dienst. In 2016 had een horeca-uitbater in België gemiddeld 7,8 medewerkers in dienst. In 2018 zal dit aantal vermoedelijk stijgen tot 8,5.
Die stijging is vooral toe te schrijven aan het groeiend aantal flexijobbers in de horeca, een nieuw statuut dat werd ingevoerd in december 2015. In 2016 had 9,8% van alle horecamedewerkers het statuut van flexijobber. In 2018 zal dit vermoedelijk verdubbelen tot 20%. Dat blijkt uit cijfers van hr-partner Liantis op basis van de loongegevens van 28.000 horecamedewerkers.
Van alle statuten nemen de flexijobs de grootste stijging voor hun rekening. En dat is ook goed nieuws voor heel wat horecawerknemers, want het brutoloon van flexijobbers is gelijk aan hun nettoloon.
Ook het aandeel jobstudenten blijft ondertussen toenemen. Liefst 31,2% van alle horecamedewerkers in 2017 werkte als jobstudent terwijl dit in 2016 nog 28,6% was. De voorspelling voor 2018 toont dat dit ongeveer stabiel zal blijven met 31,6%.
“Terwijl het aandeel flexijobbers en jobstudenten in de lift zit, neemt het aandeel gelegenheidsmedewerkers en deeltijdse medewerkers af. Toch kunnen we niet echt spreken van een verdringing ervan door de flexijob, maar eerder van een verschuiving”, vertelt Philip Van Eeckhoute, gedelegeerd bestuurder van Liantis. “Onze analyse illustreert de dynamiek in de horecasector: het aantal medewerkers per werkgever blijft toenemen en er zijn onderlinge verschuivingen tussen de verschillende soorten jobs.”
Medewerkers die voordien onder het ‘extra’-statuut werkten (zie grafiek), zijn nu vaak als flexijobber aan de slag. Het is voor werkgevers immers goedkoper om met flexijobbers te werken dan met extra’s of met deeltijdse medewerkers. Ook voor de werknemers is er een voordeel, aangezien het brutoloon gelijk is aan het nettoloon.
(mr)
14 september 2018Meer dan 440.000 Jobat gebruikers zijn wekelijks op de hoogte
Wij vroegen Arthur Smeets (48) uit Edegem hoeveel hij verdient …
Een aangename, plezierige werkplek is een manier om personeel te kunnen behouden. Helaas doet zo'n werkomgeving ook de productiviteit van werknemers dalen.
Bijklussen "in het zwart" behoort sinds de flexi-job tot het verleden. Wie kan het doen? Waar moet je rekening mee houden? En is bruto werkelijk netto?
We vroegen aan Tessa (24) uit Overijse hoeveel zij verdient.
De horecasector kan je met geen enkele andere sector vergelijken. De sector staat onder druk, al zijn er ook mogelijkheden en kansen.
De Vlaamse student zit niet stil: 83% onder hen verdient een centje bij. Een op de vier (25,5%) werkt minstens 380 van de toegestane 475 uren per jaar.
Geleid door het succes van het flexi-jobstatuut in de horeca is het systeem sinds 1 januari uitgebreid naar de detailhandel.
Koen is hr-verantwoordelijke van VDAB Oost-Vlaanderen: “We streven ernaar dat niemand achteropraakt.”
Natuurlijk mag je niet liegen in je cv. Wees eerlijk in wat je er vertelt. Maar jezelf tekortdoen, is al evenmin een goed idee.