Werkloosheidsuitkering
Vorige

1 van 48

Volgende
Volgend artikel:

Wijk-werken in 10 vragen en antwoorden

Bereken hoeveel werkloosheidsuitkering jij krijgt

Werkloosheidsuitkering
Het bedrag van jouw werkloosheidsuitkering is afhankelijk van een aantal factoren, waaronder je gezinssituatie, je laatstverdiende (begrensde) loon en je beroepsverleden. Bovendien is de hoogte van je uitkering ook afhankelijk van de duur van je werkloosheid.

Uitkering zakt na verloop van tijd

Als je vandaag een uitkering aanvraagt, dan daalt het bedrag van deze uitkering in verschillende stappen. Je doorloopt een eerste, tweede en ten slotte een derde vergoedingsperiode. 

In de eerste drie maanden van werkloosheid ontvang je 65% van je laatste (begrensde) brutoloon. Vanaf de vierde maand werkloosheid is dit nog slechts 60% van het laatste loon. Na een jaar (tweede periode) zakt dit voor alleenwonenden naar 55en voor samenwonenden zonder gezinslast naar 40%. Als je werkloos blijft, dan zal dit percentage steeds verder dalen, tot je na 48 maanden (derde periode) terugvalt op een forfaitaire uitkering die losstaat van je laatstverdiende loon.

Let op: de berekening geldt o.a. niet voor volgende personen:

  • Werklozen die een inschakelingsuitkering krijgen
  • Werklozen in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag
  • Deeltijdse werknemers
 

Bedragen geldig vanaf 01.07.2015

*Deze berekening geldt niet voor bepaalde uitzonderingen. Voor een exacte berekening neem je best contact op met de RVA.
*Je laatste brutoloon is het loon dat je ten minste 4 aaneensluitende weken kreeg bij éénzelfde werkgever. Het moet gaan om loon waarop bijdragen voor de sociale zekerheid zijn gestort.
*Als je geen 4 opeenvolgende weken voor dezelfde onderneming gewerkt hebt, dan wordt het bedrag van de uitkering berekend op basis van een referteloon dat 2.070,48 euro bruto bedraagt (geïndexeerd bedrag geldig op 01.05.2024). Ook wanneer je (voltijds) bruto maandloon lager lag dan dit bedrag, geldt dit referteloon voor de berekening.

Lees ook: Heb je recht op werkloosheidsuitkering als je zelf ontslag neemt?

De uitkering zakt niet áltijd

In deze 3 situaties* behoud je wel het bedrag dat je in een fase van de tweede vergoedingsperiode ontving, en zal je uitkering dus niet verder zakken:

  • je hebt minstens 25 jaar in loondienst gewerkt.
  • je bent minstens 33% blijvend arbeidsongeschikt.
  • je bent 55 jaar geworden.

(*) de exacte voorwaarden vind je op www.rva.be

CHECK: Tijdelijke werkloosheid, in vraag en antwoord

Bruto of netto?

Let op, je uitkering is nog onderworpen aan een bedrijfsvoorheffing van 10,09%. Behalve bij de volgende personen, op voorwaarde dat ze geen beroepsinkomen ontvangen:

  • de samenwonenden met gezinslast;
  • de alleenwonenden;
  • de samenwonenden zonder gezinslast die uitkeringen in de "tweede periode" ontvangen, op voorwaarde dat hun echtgeno(o)t(e) enkel over vervangingsinkomens beschikt;
  • de samenwonenden zonder gezinslast die uitkeringen in de "derde periode" ontvangen (= de forfaitaire uitkering);
  • de werklozen die een vrijstelling genieten wegens sociale en familiale redenen.

Let wel: je kan steeds vragen om toch bedrijfsvoorheffing in te houden. Op die manier ben je zeker dat je bij de berekening van je belastingen niets meer moet opleggen.

Ontdek: Hoe je tijd als (tijdelijk) werkloze nuttig besteden?

Minimum aantal gewerkte dagen

Om recht te hebben op een werkloosheidsuitkering moet je, naast de andere voorwaarden, voor je aanvraag een aantal dagen in loondienst gewerkt hebben. Bepaalde dagen worden gelijkgesteld met gewerkte dagen, zoals betaalde ziekte- en vakantiedagen.

Het aantal dagen dat je gewerkt moet hebben als loontrekkende, hangt af van je leeftijd.

Als je jonger dan 36 jaar bent, moet je:

  • ofwel 312 dagen (12 maanden) gewerkt hebben in de 21 maanden voorafgaand aan je aanvraag;
  • ofwel 468 dagen gewerkt hebben in de 33 maanden voorafgaand aan je aanvraag;
  • ofwel 624 dagen gewerkt hebben in de 42 maanden voorafgaand aan je aanvraag.

Als je tussen 36 en 49 jaar bent, moet je:

  • ofwel 468 dagen (18 maanden) gewerkt hebben in de 33 maanden voorafgaand aan je aanvraag;
  • ofwel 624 dagen gewerkt hebben in de 42 maanden voorafgaand aan je aanvraag;
  • ofwel 234 dagen gewerkt hebben tijdens de 33 maanden + 1.560 dagen tijdens de 10 jaar die voorafgaan aan deze 33 maanden;
  • ofwel 312 dagen gewerkt hebben tijdens de 33 maanden + voor elke dag die ontbreekt om tot 468 dagen te komen, 8 dagen tijdens de 10 jaar die deze 33 maanden voorafgaan.

Als je 50 jaar of ouder bent, moet je:

  • ofwel 624 dagen (24 maanden) gewerkt hebben in de 42 maanden voorafgaand aan je aanvraag;
  • ofwel 312 dagen gewerkt hebben tijdens de 42 maanden die jouw aanvraag voorafgaan en 1560 dagen tijdens de 10 jaar die deze 42 maanden voorafgaan;
  • ofwel 416 dagen gewerkt hebben tijdens de 42 maanden + voor elke dag die ontbreekt om tot 624 dagen te komen, 8 dagen tijdens de 10 jaar die deze 42 maanden voorafgaan.
Werkloos als starter? Zo vergroot jij je kansen
Gelukkig met wat je verdient?

(dvh/lm) - Bronnen: HLN.be / RVA.be

Met dank aan 
Anderen bekeken ook
Meest gelezen
  1. 1 Bereken hier jouw eindejaarspremie
  2. 2 Dit zijn de 10 best betaalde jobs in België
  3. 3 In 4 stappen naar een perfect CV
  4. 4 Bereken je opzegtermijn
  5. 5 Alles dat je moet weten over deeltijds werken
  6. 6 Vakantie FAQ: alle feiten op een rij
  7. 7 Vijf tips voor een inhoudelijk goede out of office
  8. 8 Pensioen FAQ: alle antwoorden op jouw vragen
  9. 9 Eerste hulp bij burn-out: een praktische gids
  10. 10 Je eerste job FAQ: wat moet je weten?
Bereken hoeveel werkloosheids­uitkering jij krijgt
Single
Samenwonend
Samenwonend met gezinslast
Mijn laatste brutoloon was
Mijn geboortejaar is