Wettelijk pensioen
Vorige

1 van 76

Volgende
Volgend artikel:

Aanvullend pensioen nog te vaak een (bijna) lege doos

Wettelijke pensioenleeftijd voortaan 66 jaar

66 jaar
Het is zover: vanaf 2025 verhoogt de wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar naar 66 jaar. Wie na zijn of haar carrière wil genieten van een volledig pensioenbedrag, zal dus een jaartje langer moeten blijven werken. En dat is niet de enige verandering...

Dat de wettelijke pensioenleeftijd zou verhogen, stond al langer in de sterren geschreven. Zo besloot de toenmalige regering Michel I in 2014 al om de pensioenleeftijd stapsgewijs te verhogen. De verhoging van 65 naar 66 jaar is een eerste stap, de verhoging van 66 naar 67 jaar in 2030 is de volgende - en voorlopig laatste - stap.

Langer werken, maar wel financieel voordeliger

Grote voordeel aan de verhoging: door een jaar langer te werken, bouw je meer pensioenrechten op en verhoogt het uiteindelijke pensioenbedrag dat je voor de rest van je leven zult ontvangen.

9 tips: Hoe vroeger dan op je 65ste met pensioen gaan?

Wie toch liever vervroegd op pensioen wil gaan, hoeft zich geen zorgen te maken: onder bepaalde leeftijds- en loopbaanvoorwaarden kan het. Zo kan een werknemer van bijvoorbeeld 65 jaar die al 42 loopbaanjaren op de teller heeft, al vervroegd genieten van zijn of haar welverdiende pensioen.

Toch zijn er wel wat gevolgen waar je best rekening mee houdt. Wie vroeger stopt met werken, bouwt minder wettelijk (en aanvullend) pensioen op, waardoor het pensioenbedrag uiteindelijk iets lager zal liggen.

Check: Hoeveel pensioen zal jij krijgen?

Tip: check je persoonlijke pensioendossier op mypension.be om exact te weten wat je pensioendatum is of wanneer je met vervroegd pensioen kunt.

Bijkomende veranderingen vanaf 2025

1. Pensioenbonus

Werk je na je vroegst mogelijke pensioendatum nog wat door, dan word je hiervoor beloond met een pensioenbonus, dit voor maximaal drie jaar. Uiteraard stopt de pensioenbonus wanneer je uiteindelijk je pensioen opneemt. Om het bedrag te weten, kijk je naar je loopbaanjaren. Heb je op je vroegste pensioendatum minder dan 43 jaar gewerkt, dan krijg je 3775 euro voor het eerstvolgende jaar, 7550 euro voor het tweede en 11.325 euro voor het derde jaar.

Heb je op je vroegste pensioendatum wél meer dan 43 jaar gewerkt, dan krijg je maar liefst 11.325 per jaar. Leuk om te weten: deze bedragen zijn netto en belastingvrij. Langer werken loont dus wel degelijk.

Ook wie niet voltijds werkt, kan onder dezelfde voorwaarden genieten van de pensioenbonus. Het eindbedrag wordt dan berekend in verhouding met je gepresteerde werkuren.

Ontdek: Al jouw vragen over de pensioenbonus beantwoord

2. Overlevingspensioen

Vanaf volgend jaar stijgt de minimumleeftijd voor het recht op een overlevingspensioen van 49 jaar en 64 maanden naar 50 jaar. Dit pensioenbedrag (ook wel weduwe- of weduwnaarspensioen genoemd) wordt uitbetaald bij het overlijden van de huwelijkspartner.

BEREKEN: Hoeveel pensioen zal jij krijgen?

3. Minimumpensioen

De voorwaarden om een minimumpensioen te ontvangen, worden iets strenger. Belangrijkste aanpassing is dat de niet-gewerkte loopbaanjaren (bv. lange werkloosheid na een ontslag) niet langer gelijkgesteld worden met de gewerkte loopbaanjaren.

Concreet: om aanspraak te maken op een minimumpensioen moet je vanaf volgend jaar 20 effectief gewerkte loopbaanjaren op je teller hebben. Wat wél nog gelijkgesteld wordt, zijn het moeder- en vaderschapsverlof, tijdelijke werkloosheid of thematisch verlof.

FAQ: Alle antwoorden over jouw pensioen beantwoord

(fd)

19 december 2024
Anderen bekeken ook