Gelukkig op het werk
Vorige

1 van 1074

Volgende
Volgend artikel:

Beobank doorbreekt stereotypes in banksector

Wat denken werknemers écht over hun job?

Ruim 5 procent van de Belgische werknemers is voortdurend aan het solliciteren.
Wat denkt en voelt de gemiddelde Belgische werknemer? SD Worx vroeg het aan 5.000 werkende Belgen. Over hun collega’s en de werksfeer blijken de werknemers uit de NV België alvast tevreden, al zegt een kwart dat het stressniveau in zijn job onaanvaardbaar hoogt ligt.
niet gelukkig
Ruim 5 procent van de Belgische werknemers is voortdurend aan het solliciteren.

Op de werkvloer is het moeilijk het achterste van je tong te laten zien. Wat je écht denkt over je werk en je collega’s hou je grotendeels voor jezelf, want zeker in crisistijd gaat niemand graag noodgedwongen op zoek naar een andere baan. Maar zijn we enkel voor de schone schijn positivo’s of zit er een grond van waarheid in?

Toch wel, als we de antwoorden van 5.000 Belgische werknemers mogen geloven. In april 2010 bevroeg SD Worx zowel arbeiders, bedienden als ambtenaren over hun job, in de meest ruime zin. Dat levert een eerder rooskleurig plaatje op.

Tevreden met job

Maar liefst 86 procent is trots op het werk dat hij doet. Voor driekwart van de bevraagden is zijn job zelfs een bron van passie en inspiratie. “In onderzoek zien we dat ongeveer acht op de tien Belgen tevreden is met zijn werk. De meesten houden van hun job en zijn geëngageerd”, zegt Lorenzo Andolfi van SD Worx.

Blijkbaar doen werkgevers echt wel moeite om de juiste man (of vrouw) op de juiste plaats te zetten. Meer dan acht op de tien werkende Belgen vinden dat hun job aansluit bij wat ze kennen en kunnen. Door die goede match genieten velen ook heel wat vrijheid in hun werk. Niet verwonderlijk dus dat 87 procent tevreden is met de autonomie en de zelfstandigheid die ze in hun baan genieten.

Werk vs. privé

Driekwart zegt zijn werk zelf te kunnen regelen qua werkwijze, planning of tempo. Al maakt dat het gemakkelijker om werk en privé in balans te houden, toch is het voor 15 procent balanceren op een slappe koord. Daarbij is er nauwelijks een verschil tussen mannen en vrouwen. En pak meer werkneemsters zijn dan ook deeltijds aan de slag dan hun mannelijke collega’s. Van de mannen is 89 procent voltijds in dienst, bij de vrouwen is dat maar iets meer dan de helft. De mannelijke werknemers die de stap naar deeltijds werk zetten, blijven meestal toch nog drie vierde of meer aan de slag. Bij de vrouwen kiest slechts een vijfde voor dat regime.

Extralegale voordelen

Die ‘battle of the sexes’ tekent zich ook af in het belang dat aan bepaalde extralegale voordelen wordt gehecht. Neem kinderopvang. Terwijl slechts 35 procent van de mannen daar waarde aan hecht, vindt 55 procent van de vrouwen dit een belangrijk voordeel.

Ook glijdende werkuren hebben, stellen vrouwen meer op prijs dan mannen (79 versus 69 procent). Variabele uur- en werkroosters worden bij hen eveneens op meer applaus onthaald (78 versus 66 procent). Daarnaast weegt voor vrouwen het vrij kunnen opnemen van vakantiedagen zwaarder door dan voor hun mannelijke collega’s (89 versus 86 procent).

Ook andere extraatjes van de werkgever die het huishoudelijke werk verlichten, vallen vooral bij vrouwen in de smaak, zoals een dienst binnen het bedrijf waar ze hun vuile was en strijk kunnen binnenbrengen.

Teveel stress

Ondanks alle voordelen moet er hard gewerkt worden in de NV België. Dat zorgt voor de nodige stress. Ruim een op de vijf bevraagde werknemers vinden dat ze te veel werk op hun bord krijgen. Een kwart vindt het stressniveau in zijn job gewoon te hoog. Komt daarbij dat een derde vindt dat zijn energiepeil zakt op de werkvloer. Nog geen 7 procent krijgt een sterke energieboost door zijn baan.

Gelukkig maken de collega’s dikwijls veel goed. “De economische situatie heeft uiteraard voor bijkomende stress gezorgd. Mensen hebben schrik voor hun job, maar dat hebben hun collega’s ook. Ze zitten dus in hetzelfde schuitje. Dat zorgt voor samenhorigheid”, weet Andolfi. Zes op de tien plaatsen teamwork boven onafhankelijk werken. Die samenwerking verloopt volgens acht op de tien trouwens goed. En ook de sfeer zit er best in op kantoor.

Geen routine, aub

Maar wat willen werknemers voor zichzelf? Een uitdagend takenpakket, zo blijkt. Amper een op de tien is tevreden met een job waarin routine en risico vermijden voorop staan. Driekwart van de bevraagde werknemers wil vooral afwisseling. Nog een stimulans is zichtbare, onmiddellijke resultaten van je werk zien. Slechts een op de tien ziet er geen graten in als de vruchten van zijn werk nauwelijks in de kijker lopen. “Autonomie en zelfstandigheid in je job motiveren trouwens meer dan extra loon. Opslag werkt wel om op korte termijn de drive aan te wakkeren, maar mensen willen vooral een baan waarin ze hun talenten kunnen stretchen”, weet Lorenzo Andolfi.

Tevreden of niet, toch blijven werknemers uitkijken naar nieuwe opportuniteiten. Hoewel driekwart van plan is om voor een lange, onbepaalde tijd bij zijn werkgever te blijven, staat een kwart open voor nieuwe horizonten. De meesten lonken oogluikend naar andere werkgevers: 18 procent onderneemt zelf niets, maar let wel op als er een mogelijkheid zijn pad kruist. Iets meer dan 5 procent solliciteert voortdurend.

(ks) 

9 juni 2010
Anderen bekeken ook