Waarom Barbara Sarafian iedereen 'schatje' noemt

Barbara Sarafian: "Ik betrap er mezelf op iedereen 'schatje' te noemen. Ik geef graag aandacht en liefde"
"Ik ben graag een clown op de set. Iedereen die aan een film of een tv-serie meewerkt, mag zich lekker in zijn vel voelen. Dat is mijn principe."
Barbara Sarafian
Barbara Sarafian: "Ik betrap er mezelf op iedereen 'schatje' te noemen. Ik geef graag aandacht en liefde"

“Niet alle acteurs vinden dat nodig, maar zelf streef ik ook naar een goed contact met de technische ploeg. Soms zie je de crew je wel even scheef bekijken: alsof ze verwachten dat acteurs zich afsluiten. Maar sorry, ik wil niet enkel bezig zijn met de inhoud van mijn kunst. Als de technici met een knipoog feedback geven op mijn werk, dan weet ik dat het goed zit. Die mensen staan op heel uiteenlopende sets: reken maar dat die op de duur een behoorlijk idee hebben over werkethos.”

“Ik kan in mijn broek doen van het lachen, door te dollen, maar als twee seconden later ‘actie!’ wordt geroepen, ben ik één en al concentratie. Ik kan heel goed om met de gezellige drukte die op een set heerst. Ik hoef zeker niet afgeschermd en verwend te worden. Dat is ook een manier om te beseffen dat ik niet mezelf, maar mijn opdracht au sérieux moet nemen.”

Geen trukendoos

“Als ik nervositeit bespeur, wil ik dat zo snel mogelijk doorbreken. Door bijvoorbeeld mannen, maar evengoed vrouwen, even in hun achterste te knijpen. Ik betrap er mezelf ook op iedereen ‘schatje’ te noemen. Ik geef graag aandacht en liefde. Van spanningen weet ik dat ze contraproductief zijn. Als er toch conflicten opduiken, wil ik ze meteen opgelost zien. Ik wil dat het vooruit gaat. ‘Doé het nu gewoon’, zeg ik vaak bij een aanslepende discussie. Doen en geven, daar worden we voor betaald.”

“Een trukendoos heb ik niet. Ik kan alleen maar heel erg in mijn personage geloven. Dat moet ook, anders zou ik staan te liegen. Ik heb er net de opnames van Dubbelleven opzitten. Dat verhaal is dramatisch: een man bedriegt twee vrouwen en sterft. Als ik verdriet moet spelen, wil ik voor het échte werk gaan en niet noodzakelijk voor het suggestieve gesnik, met zakdoek. In emoties moet ik to the point zijn, als ik de kijker wil treffen.”

“Een scenario moet niet helemaal coherent geschreven zijn, ik probeer er zoals elke acteur toch altijd enige samenhang te vinden. Ik ga er vanuit dat alle dialogen hun bestaansrecht hebben. Omdat ze het product zijn van het empathische vermogen van de scenarist. Eén uitspraak van mijn personage dat me weet te treffen, is voldoende. Daar kan ik haar karakter volledig aan ophangen. De zoektocht naar dat ankerpunt is altijd weer amusant.”

“In zekere zin is een perfect script zelfs minder interessant. Omdat ik dan niets meer te onderzoeken of er niets meer aan toe te voegen heb. Ik weet wel dat een acteur slechts uitvoerder is, maar toch: als je beperkt wordt in je interpretatie, bestaat het gevaar dat je een personage te strak gaat spelen. Zeker in een lang project is het zalig als de regisseur en de acteur elkaar bij elke scène kunnen verrassen."

(pvd) 

11 oktober 2010
Anderen bekeken ook