Starters
Vorige

1 van 202

Volgende
Volgend artikel:

Van student naar fiscaal controleur: FOD Financiën pakt uit met casespel

Steeds minder jonge starters op arbeidsmarkt

Het aandeel jonge instromers daalt jaar na jaar op de Belgische arbeidsmarkt. Dat stelt hr-dienstverlener Acerta vast op basis van een analyse van werknemers in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers tussen 2015 en nu. En dat ondanks het feit dat de werkgelegenheid in ons land is toegenomen.

Opmerkelijk: voor de social profit gaat het oranje knipperlicht aan. Die sector blijkt onder de min-25-jarigen jaar na jaar aan populariteit te verliezen.

Werkgelegenheid gegroeid, aandeel jongeren gedaald

De werkgelegenheid in België is toegenomen. De ambitie ‘jobs-jobs-jobs’ is waargemaakt en de arbeidskrapte is een feit. Maar wat zien we? Het aandeel jonge instromers in de totale tewerkstelling is jaar na jaar gedaald. In 2015 was 3,1% van de werknemers een jongere die zijn eerste stappen op de arbeidsmarkt zette. In 2018 is het aandeel jonge werknemers op de arbeidsmarkt gedaald naar 2,9% van de totale tewerkstelling.

Aandeel -25 jarigen in tewerkstelling

Figuur 1: aandeel jongeren in de totale tewerkstelling

Willen de werkgevers de jongste werknemers niet? Vinden ze ze niet? Of zijn ze er niet? “In elk geval zien we dat het aandeel jongeren van minder dan 25 jaar elk jaar vermindert”, weet Dirk Wijns, Director Acerta Consult. “Dit is natuurlijk ook het gevolg van het feit dat ouderen langer beroepsactief blijven. Maar als de duur van een opleiding wordt verlengd, zoals zich nu voordoet onder de verpleegkundigen, zal ook dat tijdelijk negatieve gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van deze jongeren voor de arbeidsmarkt.”

Elke sector krijgt een redelijk deel van de min-25-jarige nieuwkomers

Er is weer een academiejaar afgelopen en jong talent betreedt dus de arbeidsmarkt. Waar gaan die schoolverlaters naartoe? In welke sectoren komen ze terecht?

Spreiding min-25-jarigen over sectoren

Figuur 2: Spreiding min-25-jarigen over de sectoren

Elk van de belangrijkste private sectoren – de diensten, de handel, de maakindustrie en de social profit – krijgt een redelijk aandeel van de nieuwkomers op de arbeidsmarkt, namelijk tussen 20 en 30%. De dienstensector blijkt in 2018 op de jonge nieuwe werknemer de grootste aantrekkingskracht te hebben gehad: 29,4% van de beroepsactieve jongeren werkt in de dienstensector. Daarna volgen, in volgorde van populariteit: de maakindustrie, de handel en de social profit, die laatste haalt net geen 20%-aandeel.

De dienstensector en de handelssector stellen in 2018 verhoudingsgewijs tot de andere sectoren meer jongeren tewerk dan in 2015.

Enkel de dienstensector en de handelssector verhoogden tussen 2015 en 2018 het aandeel jongeren dat ze tewerkstellen. In de maakindustrie is er bijna geen verschil in vergelijking met 2015: het aandeel jongeren dat er werkt, blijft stabiel.

Social profit heeft een charmeoffensief nodig

Bekijken we de spreiding van de jongeren over de sectoren horizontaal, zijnde over de jaren, dan zien we dat de spreiding op het eerste gezicht vrij stabiel is gebleven, maar niet zonder een paar bijzonderheden. Een sector die jaar na jaar meer jongeren weet te charmeren is de handel. 22% van de jongeren werkt in de handel.

Omgekeerd, de sector die jaar na jaar een kleiner aandeel van de jongeren in dienst heeft, is de social profit.

Het aandeel jongeren dat in de social profit werkt is – in verhouding tot de totale tewerkstelling van jongere werknemers - tussen 2015 en 2018 met liefst 17% gedaald.

“We hebben al in verschillende studies moeten vaststellen dat de social profit ouder is dan gemiddeld. Nu zien we dus ook dat diezelfde sector minder en minder jongeren tewerkstelt. Dat is een zorgelijke evolutie want precies deze sector heeft behoefte aan verjonging”, besluit Dirk Wijns. “Het is belangrijk om te onderzoeken wat hiervan de precieze oorzaken zijn en keuzes te maken voor een aanpassing van het hr-beleid dat de social profit kan voeren. In elk geval lijkt het dat organisaties uit de social profit baat hebben bij een flinke dosis constructieve hr-creativiteit om zichzelf meer aantrekkelijk te maken voor de jonge intreders op de arbeidsmarkt. Wij zijn ervan overtuigd dat er binnen de huidige wettelijke realiteit heel wat meer mogelijk is dan misschien wordt gedacht. Alle aspecten van werken in de social profit worden best eens met een frisse blik herbekeken.”

(sdc) - Bron: Acerta

19 augustus 2019
Anderen bekeken ook