Schaars talent en krappe budgetten dwingen overheid tot meer efficiëntie
”Meer mobiliteit maakt het eenvoudiger om te besparen op personeel waar nodig.” (Inger De Wilde, onderzoekster public administration & management bij Universiteit Antwerpen)
Overheidsinstanties schaven hard aan hun imago als werkgever. Efficiëntie staat daarbij centraal. Om budgettaire redenen, maar ook om de concurrentie met de private sector aan te kunnen. Want werkzekerheid mag dan een troef zijn van de overheid, talent wil ook loon naar werken.
”Meer mobiliteit maakt het eenvoudiger om te besparen op personeel waar nodig.” (Inger De Wilde, onderzoekster public administration & management bij Universiteit Antwerpen)
“De fase dat de overheid als onaantrekkelijk werd beschouwd om voor te werken, is lang voorbij”, zegt Inger De Wilde, onderzoekster aan de Universiteit Antwerpen in de cel Public Administration & Management.
Meest aantrekkelijke werkgever
Het tastbare bewijs daarvan werd eerder dit jaar geleverd. In maart ontving de Vlaamse overheid de Randstad Award voor meest aantrekkelijke werkgever. “De overheid biedt werkzekerheid, een mooie balans tussen werk en privé en ook de verloning is, zeker voor starters, concurrentieel met de private sector”, aldus Inger De Wilde.
Voor sommige overheidsvacatures duiken honderden kandidaten op. Veel van hen zoeken werkzekerheid en hopen die bij de overheid te vinden. De crisis geeft de populariteit van de overheid als werkgever duidelijk een duwtje in de rug, al heeft die de laatste jaren ook hard aan haar imago als werkgever gesleuteld.
Nieuw hr-beleid
Heel wat overheidsinstanties trachten de erfenissen van het verleden af te schudden en zijn zich volop aan het moderniseren. “Zowel op federaal als Vlaams niveau en ook bij de lokale besturen liggen heel wat plannen op tafel om aantrekkelijk te zijn en te blijven als werkgever”, weet Inger De Wilde.
De overheid heeft daar verschillende redenen voor, meent de onderzoekster. “Er is de vergrijzing, de krapte op de arbeidsmarkt voor sommige profielen, de nakende war for talent en er zijn de krimpende budgetten. Ook de overheid moet meer doen met minder.”
Binnen de Vlaamse overheid wordt sinds enige tijde gesleuteld aan een nieuw hr-beleid. Als dat volledig klaar is, zal de overheid flexibeler kunnen omspringen met verloning, promotie, evaluatie en mobiliteit van werknemers, zowel intern als extern.
Nieuw verloningsysteem
Een van de nieuwigheden in het personeelsbeleid is het streven naar meer hooggeschoold personeel. “Een aantal klassieke overheidsjobs, zoals bode, zullen uitdoven. Niet elke laaggeschoolde zal in de toekomst vervangen worden. Als er een aantal de overheid verlaten, zal in hun plaats één hooggeschoolde aangeworven worden”, legt Inger De Wilde uit. “Die zullen dan ook behoorlijk betaald kunnen worden.”
Want ook al betaalt de overheid momenteel niet slecht, het huidige loonbeleid baseert zich vooral op anciënniteit en rigide bevorderingen. “Dat maakt het moeilijk om goede presteerders extra te belonen”, aldus Inger De Wilde. “Men werkt nu aan een verloningsysteem waarin resultaten een grotere rol spelen.”
Dat moet ook werknemers uit de privé naar de overheid lokken. Wie in het verleden die overstap wou maken, merkte vaak dat relevante ervaring niet altijd volledig gehonoreerd werd. Daar is inmiddels al enige verandering in gekomen. “Er zijn plannen om dat nog te versoepelen, om nog marktconformer te verlonen”, weet Inger De Wilde.
Meer mobiliteit
Meer personeelsmobiliteit is ook een thema in de lopende gesprekken over een modern hr-beleid. “Ambtenaren op een ander bestuursniveau, agentschap of administratie inschakelen, zorgt niet alleen voor jobvariatie en -rotatie, het maakt het ook eenvoudiger om op personeel te besparen waar nodig”.
Volgens Vlaams minister van Bestuurszaken Geert Bourgeois hoeft niet elke overheidsorganisatie of dienst een eigen personeels- of financiële administratie te hebben. Die ondersteunende diensten centraliseren, is eenvoudiger als personeel vlot kan worden verplaatst.
En dan zijn er de vaste benoemingen. Daaraan raken ligt zeer gevoelig. Toch zijn er plannen om via evaluaties dit statuut minder rigide te maken. Wie negatief geëvalueerd wordt, moet kunnen ontslagen worden. Bij vastbenoemden is dat niet zo eenvoudig. Een aangepast evaluatiesysteem moet het mogelijk maken om korter op de bal te spelen.
Met of zonder akkoord
Al deze aanpassingen zullen er niet van vandaag op morgen zijn. Vaak vereist een verandering een aanpassing van de regelgeving. Dat moet telkens worden besproken met de vakorganisaties. “Die krijgen momenteel heel wat vernieuwende voorstellen op hun bord, wat hen enigszins in het defensief drijft”, zegt Inger De Wilde.
Maar anders dan werkgevers uit de privésector heeft de Vlaamse regering op zich geen akkoord nodig met de vakbonden om nieuwe maatregelen door te voeren. “In de privé heb je zonder akkoord geen cao, bij de overheid kan de regering na de onderhandelingen finaal haar plannen doorduwen zonder het fiat van de vakbonden”, legt Inger De Wilde uit. “Dat is misschien niet altijd opportuun, maar in de huidige omstandigheden ook niet ondenkbaar.”
Op het federale niveau heeft staatssecretaris voor Ambtenarenzaken Hendrik Bogaert al laten verstaan dat er veranderingen aankomen, met of zonder akkoord.
(wv)
24 mei 2013