Marc Herremans: ‘Topsport zit tussen de oren’

“Mijn inlevingsvermogen is mijn grootste kracht. Ik wéét wat topsport met je lichaam doet” (Marc Herremans, sportcoach)

‘Het is via de vader van Kevin dat ik bijna vier jaar geleden in de sportcoaching rolde. Hij vroeg me of ik Kevin wou begeleiden. Ik wist dat ik hem wel wat kon bijbrengen, door mijn ervaring als sportman. Het is niet op school dat je leert trainingsschema’s op te stellen, dat doe je in de praktijk. Mijn inlevingsvermogen is mijn grootste kracht. Ik wéét wat topsport met je lichaam doet. Beter dan wie ook besef ik wat pech betekent en hoe je die pech kan zien als een kans om terug te vechten.’

Tussen de oren

‘Dat Kevin weinig feedback gaf, maakte het niet eenvoudig, maar wél interessant. Het eerste wat ik deed, was een vertrouwensband opbouwen. Om door het pantser van Kevin te breken, belde ik hem elke dag, stelde ik hem vragen waar hij geen simpele ja of nee op kon antwoorden en nodigde ik hem al eens uit om bij mij thuis te komen eten. Ik moest hem goed leren kennen, als atleet én als mens.

Intussen begeleid ik een dertigtal sporters. Dat vraagt heel wat organisatie. Die atleten zitten in verschillende situaties: de ene studeert nog, de andere werkt in ploegen, nog een andere is prof. Ik vraag hen om op zaterdag hun planning voor de komende week door te sturen. Op basis van die informatie stel ik hun schema’s op. Daar soupeer ik elke zondag aan op.’

‘In principe kan elke atleet doorbreken. Kijk naar mij: als triatleet had ik veel minder talent dan mijn concurrenten, maar dat compenseerde ik met karakter en doorzettingsvermogen. Als het al eens minder goed gaat, moet je daar de motivatie in vinden om te blijven verbeteren. De meeste atleten zijn sterker dan ze vermoeden. Topsport zit grotendeels tussen de oren.’

Offers brengen

‘Zelf luisterde ik niet altijd naar mijn coach. Omdat ik het gevoel had dat ik nog niet hard genoeg trainde. Dat heeft me meer kwaad dan goed gedaan. Ik ben verschillende keren in het ziekenhuis gesukkeld omdat ik aan bloedarmoede leed. Als coach hamer ik nu op voldoende slaap en gezonde voeding. Je moet het evenwicht vinden tussen trainingsarbeid en rust. Niet simpel om 16-jarigen daarvan te overtuigen. Terwijl hun leeftijdsgenoten uitgaan, moeten zij op tijd in hun bed liggen. Als ze nu dat offer brengen, plukken ze er later de vruchten van.’

‘Mijn vriendin Griet is psychologe. Van de cursus sportpsychologie die ze momenteel volgt, pik ik geregeld iets op. Van haar leerde ik bijvoorbeeld het belang van de juiste analyse van het gedrag van sportlui. Volgende lente openen Griet en ik een geïntegreerd trainingscentrum. Kinesitherapie, inspanningstesten, sportpsychologie... Alles onder één dak. Voorlopig behelp ik me, heel old school, in mijn volgestouwde garage. Een serieuze investering is nodig, willen we het nog grondiger aanpakken.’

(pvd) – Foto: (ip)