Stress
Vorige

1 van 516

Volgende
Volgend artikel:

Vooral arbeiders lopen risico op burn-out

Een wonderpil om je prestaties te verbeteren?

Maarten Schinkel, journalist en auteur: "Als je werk op topsport gaat lijken, wordt de neiging om naar stimulerende middelen te grijpen wel erg groot."
Wat gebeurt er met iemand die zijn toevlucht neemt tot een wonderpil om zijn prestaties op het werk te verbeteren? Die vraag nam journalist Maarten Schinkel (50) als uitgangspunt bij het schrijven van zijn tweede roman, ‘Narcissus’. "Iedereen probeert zichzelf te redden. Het is ieder voor zich."
Maarten Schinkel
Maarten Schinkel, journalist en auteur: "Als je werk op topsport gaat lijken, wordt de neiging om naar stimulerende middelen te grijpen wel erg groot."

"Ik vertrek altijd van een basisidee", vertelt Schinkel. Wat zou er gebeuren als…? Het wordt pas leuk als je daarrond een verhaal verzint. Zo kan je vanuit elk onderwerp of eender welke vraag een verhaal maken. Ik zie dat als een kapstok waar ik de rest aan ophang, en niet echt als iets wat op zichzelf betekenis heeft. In het geval van die pil is dat natuurlijk wel een beetje het geval. Iedereen is alsmaar op zoek naar De Grote Oplossing voor alle problemen. Denk bijvoorbeeld aan levensverlengende medicijnen, Viagra of het ultieme kankermedicijn. Ook studenten gebruiken wel eens stimulerende middelen om de slaap te verjagen en zich beter en langer te kunnen concentreren."

Je hebt het in Narcissus over de gevaren van stress op het werk. Begrijp je de wens van mensen om met een bijna magische pil die werkdruk te willen wegnemen?

“Je kan de zaak op twee manieren bekijken. Het feit dat je onder druk staat, maakt tot op zekere hoogte het beste in je los. Zelf ben ik journalist bij een dagblad. Dat is een vrij intensieve baan, maar ik ben als journalist gegroeid en beter geworden, net omdat ik het zo druk had. Wanneer er veel van je wordt gevraagd, blijkt er vaak ook meer in je te zitten dan je zelf dacht.”

“Natuurlijk moet je opletten. Er is altijd een plafond. Als je daarboven gaat, wordt het destructief. Als je werk op topsport gaat lijken, wordt de neiging om naar stimulerende middelen te grijpen wel erg groot. Je hoort wel eens dat mensen tegenwoordig veel vroeger in hun leven te maken krijgen met een midlifecrisis. Zelfs heel wat dertigers zouden vandaag de dag al overspannen raken of geconfronteerd worden met een burn-out. Dat hangt wellicht samen met de prestatiecultuur die er wordt ingeramd vanaf de lagere school. De druk om te presteren is er al op jonge leeftijd. Ik zie daar toch een verschil met vorige generaties.”

De titel van je roman en het personage ‘Cho’ verwijzen naar de Griekse mythe over Narcissus, de knappe halfgod die verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld, en de praatgrage Echo. Waarom wilde je dat verhaal erbij betrekken?

“Eigenlijk kwam ik pas halverwege het boek op het idee om deze mythe in het verhaal te verwerken. Ik laat het verhaal bepalen door de loop der dingen, en soms word je daarbij verrast door je eigen hoofdpersonage. Ik heb dankbaar gebruik gemaakt van deze mythe. Het verhaal is kenmerkend voor hoe onze maatschappij en cultuur op dit moment aan het evolueren zijn.”

Onze maatschappij wordt gedreven door egoïsme en narcisme, klinkt het. Is de toestand hopeloos?

“Hopeloos natuurlijk niet, maar de stijgende welvaart is hier in het Westen wel niet meer zo vanzelfsprekend als vroeger. Onze ouders wisten bijna zeker dat wij het beter zouden stellen dan zijzelf. Ook de generaties daarvoor waren zo optimistisch ingesteld. Voor de meeste ouders in Amerika en West-Europa ligt die gedachte nu niet meer zo voor de hand. De kredietcrisis speelt daar natuurlijk ook een rol in. We weten dat we de eerstvolgende tien jaar zullen nodig hebben om onze schulden af te betalen. “

“Mensen krijgen het gevoel dat het ieder voor zich is. Ze moeten zichzelf hoe dan ook zien te redden. Bijgevolg hebben ze ook meer dan ooit het idee dat ze er alleen voor staan. Dat is paradoxaal want we communiceren meer dan ooit tevoren. Alleen verstaan we onder communiceren tegenwoordig vooral het zenden van dingen: twitteren, of het schrijven van blogs. Er is die constante drang om gezien en gehoord te worden. Maar de drang om anderen te zien of te horen bestaat nauwelijks.”

Klimaatbeheersing en tl-licht bepalen de ruimte waarin Streseman, het hoofdpersonage, moet werken. ‘Ochtend, nacht, middag of avond bestonden hier nauwelijks. De seizoenen evenmin’, beschrijf je die plaats in je boek. Deprimerend.

“Zo is het meestal toch ook? Ik weet niet hoe jouw bureautje eruit ziet, maar wanneer ik rondloop op onze redactie in Rotterdam bedenk ik me soms dat ik net zo goed op het ruimteschip Enterprise zou kunnen zitten. Alsof we met z’n allen aan een enorme reis door de ruimte bezig zijn en doen alsof er daarbuiten wel een wereld is, maar toch niet helemaal. Het is volkomen onnatuurlijk. De temperatuur blijft altijd precies even hoog en de ramen worden automatisch geblindeerd als de zon schijnt. Dat is inderdaad vrij deprimerend.”

“Een paar jaar geleden stond het nog op de voorpagina van de Financial Times. Wetenschappelijk onderzoek had aangetoond dat je de temperatuur op kantoor nog het best kan regelen door gewoon af en toe je raam eens open te zetten. Tja, daar zit je dan met je duur klimaatbeheersingssysteem.”

(mo) - Narcissus is uitgegeven bij Lannoo en kost 17,95 euro.  

20 augustus 2010
Anderen bekeken ook