Dinobusters willen overheid veranderen

"Er zijn veel ambtenaren die zin hebben om eens iets anders te proberen, maar niet durven." (Dinobusters Elke Wambacq, Joke Renneboog en Nancy De Vogelaere)
Trotse, maar bezorgde ambtenaren. Dat zijn Nancy De Vogelaere, Joke Renneboog en Elke Wambacq. Mensen met een missie ook. Als Dinobusters ijveren ze voor een andere overheid. Eén zonder muren, met meer ruimte voor innovatie. Dat ze daarbij op zere prehistorische tenen trappen, nemen ze er graag bij.
dinobusters Nancy De Vogelaere, Joke Renneboog en Elke Wambacq
"Er zijn veel ambtenaren die zin hebben om eens iets anders te proberen, maar niet durven." (Dinobusters Elke Wambacq, Joke Renneboog en Nancy De Vogelaere)

De overheid vandaag lijkt soms op een dinosaurus en dat kan niet. Tot die vaststelling kwamen Joke, Elke en Nancy al lang voor ze elkaar leerden kennen. Zonder het van mekaar te weten, rammelden ze samen aan kettingen. Ze gaven lezingen over veranderingsmanagement, sociale media, innovatie en andere onderwerpen die de overheid naar een hoger niveau kunnen tillen.

Toen het onvermijdelijke gebeurde - de ontmoeting - resulteerde dat in ‘Tot uw dienst’, een boek waarin ze vermomd als Dinobusters op zoek gaan naar ‘oude’ praktijken binnen de overheid die innovatie en klantvriendelijkheid in de weg staan.

‘Een opmerkelijk pleidooi voor een losbraak uit de gouden kooi der gewoonte en dromen van een overheid die praat mét in plaats van alleen over zijn klanten’, ronkt het in de perskit van het ei dat deze drie Dinobusters gelegd hebben.

Wie zijn de dino’s waarop jullie jagen?

Nancy De Vogelaere: “We jagen niet op mensen. Laat dat duidelijk zijn. Dino’s zijn voor ons in de eerste plaats ideeën en manieren van werken die niet meer aangepast zijn aan de huidige tijd en aan de verwachtingen van de klant.”

Nog voor het verscheen, heeft het boek van de drie Dinobusters al heel wat losgemaakt binnen de overheid. “Sommige mensen voelen zich bedreigd”, weet Nancy De Vogelaere. “Terwijl we heel goed beseffen dat het vaak de context is die mensen tot een bepaald gedrag dwingt.”

Dat gedrag was volgens jullie niet altijd even klantvriendelijk.

Elke Wambacq: “De bureaucratie is een geweldige rem op verandering, vernieuwing en dienstverlening. Mensen worden van het kastje naar de muur gestuurd. Dat willen we anders zien.”

Nancy De Vogelaere: “De overheid denkt te vaak in de plaats van haar klanten. Vergelijk het met een jager. Die is wel konijngericht, maar zeker niet konijnvriendelijk. Doelgroepen, verwachtingen … Er wordt te vaak gedacht dat we weten wat de burger wil, terwijl we het net zo goed kunnen vragen.”

Joke Renneboog: “De overheid zoals ze nu is, kan niet overleven, gewoon omdat ze niet aangepast is aan de maatschappelijke verwachtingen. ‘De overheid is dood, leve de ambtenaar!’, is wat wij zeggen. Het probleem is dat die ambtenaar vaak in een gouden kooi zit.”

Elke Wambacq: “Er zijn veel ambtenaren die zin hebben om eens iets anders te proberen, maar niet durven, omdat ze dan hun comfortzone moeten verlaten.”

Een pleidooi om komaf te maken met de vaste benoeming?

Joke Renneboog: “Die mag zeker herbekeken worden, maar we willen het niet helemaal wegsmijten. Vastbenoemde ambtenaren kunnen bijvoorbeeld vrij gemakkelijk van de ene dienst naar de andere verhuizen, contractuelen niet. In feite is dat jobrotatie, iets waar wij helemaal voor te vinden zijn, alleen wordt dat in de praktijk zelden toegepast.”

Dergelijke plannen halen regelmatig het nieuws. Nooit gebeurt er iets. Hoe komt dat?

Joke Renneboog: “Ten eerste is er veel overheid. In de Vlaamse overheid alleen al gaat het, afhankelijk van de manier van tellen, om bijna tachtig entiteiten. Die op één lijn krijgen, is moeilijk. Ten tweede zijn er de politiek verantwoordelijken. Om de zoveel jaar staat er iemand anders aan het roer.”

Nancy De Vogelaere: “In de hele discussie over het eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden heb ik niets gehoord over het gelijkstellen van vastbenoemden en contractuelen. Er bestaan nochtans grote verschillen tussen beide, hun pensioen bijvoorbeeld, ook al doen ze vaak hetzelfde werk.”

Elke Wambacq: “Een leidend ambtenaar of politicus heeft ook andere bezorgdheden, zoals zich populair maken bij mensen met verworven rechten die veranderingen minder zien zitten. In de praktijk ontstaan er dan adviesraden en comités die de hele boel ophouden. Zo kan je perfect het signaal geven dat je wilt veranderen zonder dat er iets gebeurt.”

Middelen worden schaars, ook voor de overheid. Kan dat iets teweegbrengen?

Joke Renneboog: “Zeker, maar ook dan worden niet altijd de goede keuzes gemaakt. Het ‘verkleinen’ van de overheid gebeurt vaak op basis van ad hoc opportuniteiten zoals pensioneringen of leidend ambtenaren die naar het Vlaamse Parlement vertrekken. Men zou beter eens naar het ruime kader kijken en hier en daar staan er natuurlijk ook wat ego’s in de weg. Want dan moeten er functies opgegeven worden en dat is niet zo gemakkelijk.”

Wat hopen jullie met dit boek te veranderen? Welke acties moeten volgen?

Nancy De Vogelaere: “Intern is dit al een serieus harde actie. Sommige mensen krijgen nu al schrik. We willen hiermee een beweging op gang brengen die zich onderhuids al een tijdje roert, maar waarin gelijkgestemden mekaar niet vonden.”

Elke Wambacq: “De sociale media hebben ons geweldig geholpen. Mensen uit verschillende entiteiten met dezelfde vernieuwende ideeën komen nu gemakkelijk in contact met elkaar. Vroeger dachten ze al snel dat ze geïsoleerd waren.”

Een nieuwe mentaliteit, die de dingen vooruit laat gaan, dat heeft de overheid nodig, vindt Nancy De Vogelaere. “Medewerkers verwachten dat ook. Een nieuwe collega was nog geen maand aan de slag toen hij liet weten zich te willen inschrijven voor RADAR, een systeem dat medewerkers stimuleert om tijdelijk bij een andere dienst te werken. Fantastisch toch? In mijn ‘peergroep’ is dat een boodschap die niet zo goed aankomt. Het lijkt dat je tijd teveel hebt, terwijl een organisatie er alle baat bij heeft om externe ervaring binnen te brengen.”

Veranderingen binnen de overheid moeten ook van de politiek komen. Is daar voldoende wil?

Joke Renneboog: “Als de politiek de administratie echt wil leren kennen, komt ze best wat meer kijken op het terrein. Anders krijg je belachelijke parlementaire vragen zoals die van Lode Vereeck (LDD). Hij vroeg zich af hoeveel planten er in de overheidsgebouwen staan. ‘Want planten maken mensen gelukkig.’”

Jullie geven ook de burger een veeg uit de pan in jullie boek.

Nancy de Vogelaere: “Ja, mensen willen steeds meer van de overheid, maar tegelijk vinden ze het een duur apparaat waarop bespaard moet worden. Dat kan niet. Dat we geen gezicht hebben, speelt hier ook mee. De meeste mensen weten niet wat de overheid allemaal doet. Voor hen zijn we een zwarte doos waar geld in verdwijnt.”

Een minder complexe overheid, die back to basics gaat, meer communiceert met de burger en die mensen intern meer kansen geeft … Daar ligt volgens de Dinobusters de oplossing. “Er wordt te veel vanuit hokjes gewerkt. We moeten uitdagingen aanpakken met projecten, teams kunnen samenstellen over verschillende entiteiten heen … Dan zouden we al een stap verder zijn.”

Wie zijn de auteurs?

  • Nancy De Vogelaere (@NancyDVogelaere) is afdelingshoofd bij het Agentschap voor Onderwijscommunicatie. Ze is ambassadrice binnen de overheid rond communicatie en geeft hierover regelmatig les bij Antwerp Management School.
  • Joke Renneboog (@jokerenneboog) werkt als HR-generalist bij het departement Bestuurszaken. Ze is een spilfiguur binnen het modern HR-beleid van de Vlaamse overheid en houdt regelmatig de pen vast voor beleidsteksten die de Vlaamse overheid sterker moeten maken op het vlak van HR.
  • Elke Wambacq (@Inno_elke) is diensthoofd planning en externe relaties bij het Instituut voor Natuur en Bos Onderzoek. Ze is gekend als expert en trekker bij het bouwen van innovatieve arbeidsorganisaties.

(wv) 

31 januari 2014
Anderen bekeken ook