Coördinator hoteldiensten, een verrassende job bij de overheid

Naam: Sheila Galle (46)
Werkplek: OCMW Leuven
Brutoloon: 2400 euro

‘Minder concurrentie op de werkvloer’

Als zelfstandige horeca-uitbater, met een tussenstap naar de K.U.Leuven, bij het OCMW terechtkomen. Was dat een cultuurschok? “O, dat viel best mee”, zegt Galle. “Ik heb me het meest moeten aanpassen aan de procedures die bij een openbaar bestuur horen. Je moet een bepaalde hiërarchie volgen; er komt veel overleg bij komen. Daar heb ik leren mee werken, nadat ik in het begin wel een paar keer het deksel op de neus heb gekregen (lacht).”

Dat ze als ‘buitenstaander’ en door haar ervaring als zelfstandige een deel zakelijk denken in de dienst heeft binnengebracht, ziet Galle als een groot pluspunt. “Ik ben blij dat ik zo mijn bijdrage kan leveren aan een grotere efficiëntie van het OCMW. Noem dat gerust maatschappelijke dienstverlening.” Galle moet zich met een heel breed gamma van taken bezighouden. Boeiend en afwisselend, maar soms ook best ingewikkeld, lacht ze.

“Ik kom met allerlei soorten mensen in contact. Ik leg mijn oor te luisteren bij de bewoners van onze woon- en zorgcentra en de bezoekers van de dienstencentra, maar ik moet even goed onderhandelen met de verpleging en de directies.”

Er zijn dagen dat Sheila Galle haar bureau bijna niet inkomt, omdat ze altijd wel ergens te velde is. “Ik bezoek de keukens, de onderhoudsploegen, er zijn vergaderingen enzovoort. Alleen ter plekke krijg ik een goed beeld van wat de bewoners willen.” Zij vindt dat je de dienstverlening die zij coördineert, niet mag onderschatten. “Uiteindelijk gaat het om het welzijn van de bewoners in onze woon- en zorgcentra. Ze hebben recht op goede maaltijden en een propere woonomgeving. Het grijpt rechtstreeks in op hun dagdagelijkse leven.”

Sheila Galle prijst zich gelukkig met haar afwisselende, dienstbare baan en haar fijne collega’s. Vooral zij geven haar de nodige brandstof om dit werk nog vele jaren te doen. “Bij de overheid is de concurrentie op de werkvloer toch iets minder groot dan in de privé. Ik voel me dan ook heel erg verbonden met het OCMW, en ik wil me nog lang inspannen om mijn dienst optimaal te laten draaien, in dienst van de mensen.”