Atlas Copco coacht vrouwen naar de top

“Dat ik vandaag een directiefunctie heb, is voor mij een teken dat het Female Mentorship Program heeft gewerkt.” (Marina Krassyuk en haar mentor Paul Frigne)
Talent hoef je niet enkel buiten de organisatie te zoeken, want soms blijft heel wat potentieel onbenut. De Zweedse multinational Atlas Copco coacht met haar Female Mentorship Program vrouwelijke high potentials op weg naar de top.
Atlas Copco Paul Frigne
“Dat ik vandaag een directiefunctie heb, is voor mij een teken dat het Female Mentorship Program heeft gewerkt.” (Marina Krassyuk en haar mentor Paul Frigne)

Paul Frigne begon in 1982 als onderzoeker bij Atlas Copco. Sinds juli is hij vicepresident technologie voor compressortechniek. ‘Atlas Copco groeit wereldwijd erg snel’, vertelt hij. ‘In alle landen waar we fabrieken of klantencentra hebben, hebben we bekwaam management nodig. Heel wat vrouwelijk talent bleef onvoldoende benut. Omdat we iets wilden doen aan de verhouding tussen mannen en vrouwen aan de top, startten we in 2008 het Female Mentorship Program.’

Het begin van de ladder

‘Medewerkers die carrière willen maken, zijn soms beperkt in hun mogelijkheden de organisatie te overzien’, legt Paul Frigne uit. ‘We hebben verschillende programma's lopen, gericht op diverse doelgroepen, maar kozen er bewust voor één daarvan specifiek toe te spitsen op jonge vrouwen aan het begin van de carrièreladder. De mentoren, meer senior profielen die een groot stuk van hun carrière al achter de rug hebben, helpen hen een beeld te krijgen van wat er in de organisatie gebeurt.’

Het programma houdt ook in dat deelnemers in kleine groepjes werken aan een project dat belang heeft voor de hele Atlas Copco Group: het verbeteren van de klanttevredenheid bijvoorbeeld, of het optimaliseren van de service op verschillende niveaus. ‘Op die manier verruimen deelnemers hun netwerk binnen de Groep en krijgen ze expertise in andere domeinen. En tot nog toe bleek dit positief bij te dragen tot hun verdere carrière’, aldus Paul Frigne.

Tussen Kazachstan en Frankrijk

Marina Krassyuk was een van de eerste deelnemers aan het programma. Paul Frigne was haar mentor. Zelf werkte ze als key account manager in de mijnbouw in Kazachstan. ‘We ontmoetten elkaar een tiental keer per jaar, wat vanwege de afstanden niet zo evident was’, vertelt Paul Frigne. ‘Normaal gezien proberen we deelnemers en mentoren dicht bij elkaar in de buurt te zoeken, maar omdat Kazachstan zo ver weg ligt, was dat voor haar niet mogelijk.’

Wat de formule voor Paul Frigne zo interessant maakt, is dat twee personen die verder niets met elkaar te maken hebben en in een volledig andere fase van hun carrière zitten, samen in gesprek gaan. ‘We hebben bijzonder boeiende gesprekken gehad die me een andere kijk op het bedrijf en de organisatie hebben gegeven. Er zat ook wat sensibilisering bij: meer bewustwording van het potentieel, het feit dat de firma daar belangstelling voor heeft en wil investeren in programma's om mensen te doen groeien.’

De formule werkt

Het aandeel vrouwelijke managers bedraagt bij Atlas Copco vandaag 15 procent. Ook Marina Krassyuk groeide door naar een mooie functie.

‘Als ik terugkijk op het programma, is het een heel grote hulp voor mijn carrière geweest’, vertelt ze. ‘Ik was erg blij met mijn mentor. Met zijn hulp heb ik mijn netwerk uitgebreid en verruimde ik mijn horizon, ook al doordat ik met verschillende afdelingen en domeinen in aanraking kwam. Tegelijk hielp hij me ook mijn sterke kanten en aandachtspunten te ontwikkelen en de mogelijkheden te zien die ik voor mezelf had om mijn carrière verder te ontwikkelen in het bedrijf. Zo kon ik een volgende stap nemen en doorgroeien. Vandaag werk ik als algemeen directeur voor compressortechniek voor Centraal-Azië, een teken dat de formule inderdaad heeft gewerkt.’

(bvdb) 

29 augustus 2012
Anderen bekeken ook