Persoonlijke ontwikkeling
Vorige

1 van 931

Volgende
Volgend artikel:

AI levert 4,75 u/week tijdswinst op, aan vooral... oudere werknemers

Zo leer je constructief feedback geven én ontvangen

feedback
Wie niet constructief met feedback of kritiek weet om te gaan, kan nooit beter worden. Dat is een sterke uitspraak, waar veel waarheid in zit.

Nochtans is kritiek is voor veel mensen in onze maatschappij een zwaar beladen onderwerp. Alleen al bij de gedachte aan het krijgen of geven van kritiek, breekt hen het angstzweet uit.

Waarom is feedback voor vele mensen zo bedreigend?

Vaak wordt feedback als een aanval ervaren op de persoon . De interpretatie die (vaak onbewust) wordt gemaakt is dan bijvoorbeeld: "Je mag me niet meer, je vindt me als persoon waardeloos, ik heb volledig gefaald!".

Hierbij enkele tips.

Constructief feedback geven: 4 tips

  1. Als je je ontevreden voelt over een ander, maak dan eerst voor jezelf concreet: "Wat vind ik vervelend en hoe zou ik dit anders willen?". Sla de vraag naar wat je anders wilt niet over. Geef niet alleen kritiek, maar stel ook voor hoe het anders of beter kan.
  2. Kies een goed moment om je kritiek en vraag te uiten. Vaak werkt het niet om kritiek naar één persoon in een groep te uiten. Wacht echter niet te lang. Uit je kritiek en je vraag duidelijk en concreet. Ga geen oude koeien uit de sloot halen of er van alles bijslepen: hou het bij je ene kritiekpunt.
  3. Luister naar de reactie van de ander. Begint deze over een ander onderwerp of gaat men in de verdediging, geef dan opnieuw aan waarover het je gaat (Desnoods speel je een aantal keren voor "grammofoonplaat".). Als je het gevoel krijgt dat herhalen niets oplevert, vraag dan aan de ander om te herhalen wat je zei. Verander niet van onderwerp en hou vast aan je wens.
  4. Vertrouw op je gevoel en je vraag en probeer te onderhandelen over hetgeen je wil dat de ander doet.

Constructief reageren op kritiek of feedback

Reageer NIET met deze 4 basistactieken:

  1. Vechten: In de tegenaanval gaan: “het is jouw schuld, jij bent begonnen …”
  2. Verdedigen: “Ik kan er niets aan doen, dat is niet waar, ik wist het niet…”
  3. Vermijden: Op voorhand de situatie vermijden (vroeg of laat sta je er echter weer voor)
  4. Verstarren: Niet reageren en hopen dat het wel voorbijgaat

Bij Vechten, Verdedigen, Vermijden of Verstarren, verlies je uit het oog dat de kritiek in eerste instantie iets zegt over de ander: de ander vindt iets wat jij doet vervelend.

Wat kan je dan wél doen?

  1. Stel vragen tot je duidelijk begrepen hebt wat die ander van je wil. ("Wat heb ik gedaan waar je zo boos over bent?", "Wat wil je anders?").
  2. Check (koppel terug) of je die ander goed begrepen hebt ("Als ik het goed begrijp ben je boos over het feit dat ik me niet aan ..... afspraak heb gehouden.")
  3. Ga niet in discussie, verdediging of tegenaanval. Het gaat erom dat die ander ergens ontevreden over iets is en iets anders wil, niet of dit "waar" of "eerlijk" is.
  4. Ga alleen in op hetgeen de ander zegt (Wat je werkelijk hoort en niet wat je denkt te horen of wat dit allemaal zou kunnen betekenen).
  5. Geef aan wat je met de vraag van de ander gaat doen (Als je vindt dat de ander gelijk heeft, zeg dat dan, misschien hoort daar ook een verontschuldiging bij. Als de ander je zinvolle/ bruikbare kritiek geeft, bedank daar dan voor, bevestig opbouwende kritiek!). Of ga onderhandelen over een tussenvorm die voor beiden acceptabel is.

(lb) - Meer info: Assertief en zelfverzekerd communiceren / Communicatievaardigheden 

16 december 2019
Anderen bekeken ook